Hoe houd je controle op de wendbaarheid van je organisatie, zonder verlies van continuïteit?

Dat gegeven staat de laatste jaren echter onder druk. De buitenwereld verandert steeds sneller. Denk aan uitdagingen op het gebied van klimaat, snel veranderende klantwensen en onverwachte situaties zoals corona, die dwingen om je bedrijfsvoering aan te passen. Daarnaast ontstaan nieuwe kansen door gebruik van onder meer machine learning en IoT. Dit betekent dat de kernapplicaties de komende jaren veel meer wijzigingen zullen ondergaan dan in het verleden.  

Wendbaarheid wordt, naast continuïteit, dan ook een steeds belangrijker randvoorwaarde voor IT, ook voor applicaties die draaien in het hart van de organisatie. Steeds vaker willen organisaties deze applicaties ook op dagdagelijkse basis aanpassen. De applicaties moeten - in tegenstelling tot in het verleden – dan wél de flexibiliteit in zich hebben om nieuwe technologieën te kunnen gebruiken. En ze moeten zo zijn opgebouwd dat er snel nieuwe functionaliteit aan kan worden toegevoegd. Neem bijvoorbeeld Royal FloraHolland, dat vrijwel zijn gehele ICT-landschap naar de cloud migreerde. Dit heeft ervoor gezorgd dat de applicaties binnen het Veilen-domein, de core business van Royal FloraHolland, goed om kunnen gaan met snelle en duurzame veranderingen. Daardoor was het bedrijf tijdens corona in staat om heel snel veilen op afstand te introduceren. 

Dé manier om wendbaarheid toe te voegen aan je bestaande IT-platform is de cloud. Vrijwel iedere organisatie heeft hier ook al ervaring mee, denk aan klantgerichte apps en websites die in de cloud worden gehost. Echter, de stap om ook de kernsystemen onder te brengen in de cloud, is voor de meeste bedrijven nog altijd een grote. Gelukkig laten meer en meer organisaties zien dat de angst voor deze stap onterecht is, zoals je ook kunt lezen in de whitepaper ‘Mission critical omgeving in de public cloud’. Ook in kritische omgevingen maakt de cloud het makkelijker om snel nieuwe functionaliteit te ontwikkelen, testen en uit te rollen. Bovendien faciliteert de cloud veel beter een ‘DevOps way of working’.  

Een ander belangrijk voordeel van de cloud is dat je eenvoudig gebruik kunt maken van de diensten die in het public cloud ecosysteem worden aangeboden. Denk bijvoorbeeld aan machine learning-algoritmen, databases voor cloudopslag, API’s of functionaliteit op het gebied van IoT. Waar het ontwikkelen van dergelijke functionaliteit normaal gesproken een grote investering zou vergen in mankracht en computerresources, biedt de public cloud je toegang tot verschillende geïntegreerde services, waaronder open source tools. Van deze diensten kun je gebruik maken als je in de cloud zit.  

Waar de keuze voor de cloud tot nu toe vaak een IT-aangelegenheid was, wordt het meer en meer een beslissing die in de boardroom moet worden genomen. IT is niet langer slechts ondersteuning van bedrijfsprocessen, IT ís het bedrijfsproces. De afhankelijkheid van IT is zo groot geworden, evenals de impact op de kostenstructuur van een bedrijf, dat het niet meer alleen een thema is voor de CIO. Ook de CEO en CFO zullen moeten begrijpen wat de wérkelijke businessimpact is van beslissingen op dit gebied. Denk bijvoorbeeld aan de beslissing welke onderdelen van je landschap je in de public cloud draait en welke in de private.   

De meeste organisaties zullen daarbij kiezen voor een hybride multicloud-oplossing, zoals bijvoorbeeld de Nederlandse Spoorwegen. In de regel lenen de applicaties die heel snel veranderen zich meer voor de public cloud, terwijl de back-end applicaties in het hart van de bedrijfsvoering vaak in een private cloud draaien. Deze applicaties hoeven immers net wat minder wendbaar te zijn, maar stellen wel hogere eisen aan continuïteit en beschikbaarheid. Waar leg je de knip? Op basis van welke argumenten neem je welke beslissing? Wat zijn de consequenties van bepaalde keuzes?  

In mijn ogen wordt dit gesprek nog altijd veel te weinig op C-level gevoerd. In de boardroom heerst nog steeds het adagium: laten we proberen kosten te besparen. Wie enkel en alleen op basis van dat criterium beslissingen neemt, mist de boot. Want waar het essay ‘Software is eating the world’ in 2011, toen het verscheen, nog verre toekomstmuziek leek, is het nu daadwerkelijk zo: ieder bedrijf is of wordt binnenkort een IT-bedrijf. Het is tijd om daar ook naar te gaan handelen.